Cognitieve Therapie

Cognitieve Therapie

Omdat ik binnen de behandeling gebruik maak van meerdere methodieken, en het behandelplan samen vaststel, staat er niet één behandelingsvorm centraal. 

De werkwijze is dus eclectisch dwz. dat er niet met één standaardtherapie wordt gewerkt, maar er wordt gekozen uit meerdere visies, disciplines, enz. Dit omdat ieder mens uniek is en voor iedereen weer andere factoren een heilzame werking kunnen hebben.

Daarom word je als client actief betrokken bij het onderzoeken van je eigen groeiproces. Tijdens de sessies kunnen daarom verschillende werkvormen worden ingezet. Daardoor onstaat inzicht in jezelf en oorzaken en krijg je uitzicht op manieren om jezelf weer in evenwicht te brengen en meer te leven vanuit je pure zelf, je innerlijke kern.

Echter, op een van de  eerder genoemde werkvormen (Zie Methodieken ) wil ik hier wat dieper ingaan.

Een belangrijke methode waarmee gewerkt wordt, is cognitieve therapie. (Dit is een therapievorm die ook vaak wordt ingezet wordt binnen de Geestelijke Gezondheidscentra (de G.G.Z.)).

Uitgangspunten cognitieve therapie

Cognitieve therapie gaat ervan uit dat gedachten, overtuigingen en veronderstellingen je gevoelens en gedrag bepalen. De therapie is erop gericht om veranderingen in je denken en overtuigingen teweeg te brengen, daardoor zullen je stemming en gedrag ook veranderen.

De therapie is gebaseerd op de beschrijving van je problemen waarbij wordt nagegaan wat je negatieve gedachten zijn die gevoelens van neerslachtigheid in stand houden (bv. "ik ben een sufferd, ik doe niets goed") en wat je problematische gedragingen zijn (bv. ontmoetingen uit de weg gaan, niet om hulp vragen). 

Er wordt uitgegaan van een cognitief model. Dat model stelt dat onze gevoelens en gedragingen worden beïnvloed door onze waarneming van gebeurtenissen.

Niet de situatie of een gebeurtenis op zich bepaalt wat je voelt, maar de wijze waarop je een situatie of gebeurtenis interpreteert. Dus je reactie op de gebeurtenis. Bijv.: je bent gezakt voor je rij-examen. Gedachte: "Wat een ramp, ik kan ook niks" en je voelt je ellendig. Gedachte: "Jammer, volgende keer beter" en je voelt teleurstelling. De eerste gedachte is een heel andere interpretatie dan de tweede. De situatie op zichzelf bepaalt niet direct hoe je je voelt maar je reactie wordt bepaald door hoe je over die situatie denkt.

Denken vindt plaats op verschillende niveaus. Er zijn korte, snelle gedachten die als vanzelf in een situatie naar boven komen, automatische gedachten. Echter, wat maakt dat mensen verschillende gebeurtenissen verschillend interpreteren? Tijdens onze kinderjaren ontwikkelen wij bepaalde overtuigingen over onszelf, over de wereld en andere mensen.

De meeste wezenlijke overtuigingen, onze kerngedachten zijn zo diepliggend dat we ze meestal niet verwoorden. We beschouwen ze als absoluut zoals bv. in het vorige voorbeeld met het rij-examen: "Ik kan ook niks". Tussen deze kerngedachten en automatische gedachten liggen nog tussenliggende ideeen die uit attitudes, regels en veronderstellingen bestaan. Bijv." ik moet altijd mijn uiterste best doen, als ik dat niet doe , ben ik niks waard" Door je automatische, verstarde denkgewoonten onder de loep te nemen en ze met therapeutische technieken te veranderen zul je je beter gaan voelen en situaties anders tegemoet gaan treden.

Werkwijze

Cognitieve therapie is doel-en probleemgericht.  Er wordt naar een opsomming van je problemen gevraagd en je concrete doelen te formuleren. Gedachten die het bereiken van die doelen in de weg staan worden onderzocht. Er wordt nagegaan of deze gedachten kloppen en welke aanwijzingen er zijn voor de juistheid van die ideeen.

Er wordt speciale aandacht besteed aan de obstakels die kunnen verhinderen dat je zelf problemen kunt oplossen en dat je doelen verwezenlijkt kunnen worden. Soms wordt de juistheid van een gedachte op een directe manier getoetst. Bv. iemand die denkt :" ik heb iemand toch niets te bieden", of "ze zitten niet op mijn gezelschap te wachten" waarbij dan het initiatief wordt genomen om een kennis of vriendin uit te nodigen om samen iets te gaan doen.

Technieken

Een belangrijk onderdeel uit de therapie is het opsporen van je automatische gedachten en je reactie daarop. Als je merkt dat je stemming verslechtert, dan is de vraag "Wat ging er op dat moment door mijn hoofd?"- gedachten en/of beelden worden zo snel mogelijk op geschreven in een daarvoor geeigend model en je leermomenten/denkfouten worden opgespoord. Daarbij worden een aantal vragen geformuleerd waarmee je een adequate reactie kunt formuleren/je gedachten kunt veranderen zoals bv.

Het leren onderscheiden van je gedachtes,gevoelens en gedrag. Gedachten lokken reacties uit. Daarom schrijf je ook op wat je toen deed en of het geholpen heeft. Je maakt samen met de therapeut een lijstje van automatische negatieve gedachten die in situaties opkomen waarin je je neerslachtig of angstig voelde. Na enkele sessies wordt de achterliggende negatieve overtuiging duidelijk. Door deze gedachten expliciet onder woorden te brengen en op te schrijven, worden ze bespreekbaar. Een opdracht kan zijn om alle ervaringen op te schrijven die niet met de negatieve gedachte, zoals bv. "ik kan ook niks" te rijmen zijn. 

Op den duur is het dan mogelijk een meer realistische uitspraak over jezelf te formuleren en daar ervaringen bij te schrijven die dat beeld ondersteunen. Het innemen van een andere positie; je kijkt naar jezelf alsof je naar een vriend kijkt en je beoordeelt jezelf alsof je een vriend bent. Zulke oordelen vallen meestal veel positiever uit dan je zelfbeoordeling.

Tot slot

De therapie is erop gericht om je eigen therapeut te worden, hoe je terugvallen kunt voorkomen. Het onderzoeken van gedachten en overtuigingen, hoe die je gevoelens en gedrag beïnvloeden. Het formuleren van doelen en het bedenken van gedragsveranderingen en hoe dat te doen. Door het opschrijven van al deze bevindingen en ontdekkingen kun je na de therapie terugkijken op je nieuw verworven inzichten en er je voordeel mee doen.